500 kilometer vooruit, vanaf het Groningse Pieterburen naar de Sint Pietersberg in Limburg. Lieske Meima (52) ging vorig jaar de uitdaging aan- met het pad, maar vooral ook met zichzelf. Lieske: “Ik wilde volledig ontstressen, alleen zijn en lekker in de natuur opgaan”.
“Het was voor mij niet in de eerste plaats avontuurlijk of een sportieve uitdaging, ik deed het vooral als een vorm van meditatie. Ik zat op dat moment niet zo lekker in mijn vel en ik wilde iets verzinnen om de boel te doorbreken. Ik heb overwogen te gaan mediteren maar dat was duidelijk niets voor mij, ik ben helemaal geen zitter. Ineens dacht ik: ‘Dat wandelen heeft wel iets, zou dat niet wat voor mij zijn?’. Vrienden moedigden me aan om het gelijk te gaan plannen en zo kwam het dat ik in juni besloot om de route al in oktober af te gaan leggen.”
Van Zuid-Laren naar Rolde
“Ik ben eigenlijk helemaal niet zo’n wandelaar. Ik ben meer van het hardlopen en fietsen, maar dat zijn voor mij activiteiten waarmee ik mijn geest een beetje opjaag. Wandelen leek me een mooi tempo om echt rust te vinden. Ik heb alle overnachtingen al vooraf vastgelegd. Deels omdat ik alle vormen van stress wilde vermijden door alles goed te regelen en deels ook omdat ik het echt met een klein budget wilde doen. Ik rekende 50 euro per dag all-in (achteraf bleek ik het zelfs met 43 euro te hebben gered) en boekte de meeste overnachtingen bij adresjes van de stichting Vrienden op de Fiets. Daar moet je vaak op tijd bij zijn.”
“Toen ik dat allemaal had geregeld moest ik natuurlijk nog uitvinden of ik het wel kon. Ik ben eerst eens 25 kilometer met een rugzak gaan lopen om te kijken hoe dat is. Ik was er flink moe van, maar hield het goed vol. Uiteindelijk heb ik in de maanden voorafgaand aan de tocht zo’n 150 kilometer gelopen om te zorgen dat mijn benen er een beetje op getraind waren.”
Aankomst in Ommen
“Nee, de trajecten per dag waren prima te doen. Wel leek de totale route in het begin ontzettend lang, dan dacht ik ‘Jeetje ik heb nu drie dagen gelopen en en er komen er nog 23’. Maar het is eigenlijk allemaal heel goed gegaan, ik had zelfs wel meer aangekund. Ik aan een horeca gelegenheid was dat onhandig, want vaak was ik pas vanaf 17.00 uur welkom op mijn nieuwe slaapplek. Achteraf had ik daarom beter zelf de trajecten kunnen plannen zodat ik elke dag tussen de 20 en 25 kilometer liep. Het heb de trajecten precies gevolgd zoals ze in het boekje staan, in totaal 26. De meeste dagen betekende dat ongeveer 5 uur lopen en dat is prima te doen. Het probleem zat ‘m eerder in de korte trajecten van bijvoorbeeld 15 km. Bij slecht weer of gebrek is heel prettig dat je op een gegeven moment een ritme hebt. Ik had dat nog heel lang kunnen volhouden.”
“Juist omdat de trajecten niet heel lang waren, kon ik het rustig aan doen. Ik ben wel eens onderweg op een zandverstuiving gaan zitten en heb een uur lang een boek gelezen. Het ging niet om de prestatie. Ik had gewoon de dag aan mezelf en vond het heerlijk dat ik niets anders hoefde te doen dan de rood-witte markering te volgen.”
Route onder poort door (Vierlingsbeek - Swolgen)
“De eerste week was ik helemaal lyrisch, ik vond het zo gaaf wat ik aan het doen was. Alles was mooi, het weer was goed en ik vond het helemaal geweldig. In de tweede week had ik even een moment dat ik dacht: ‘waar ben ik aan begonnen’. Ik kreeg last van blaren, de afstand en de accommodatie vielen een keer tegen en toen begon ik me wel af te vragen wat het me nou eigenlijk opleverde. Daar moet je natuurlijk helemaal niet mee bezig zijn en ik heb de knop gelukkig snel om kunnen zetten. Ik had me voorgenomen om alleen te stoppen als er echt een hele serieuze reden was. Bijvoorbeeld dat ik lichamelijk niet meer verder kon, dat er thuis iets aan de hand was of dat ik echt in een enorme dip zou raken. Dat waren de drie redenen waarom ik van mezelf mocht stoppen, anders zou ik gewoon doorlopen. En dat heb ik gedaan.”
“Je leest soms van die spektakelverhalen van mensen die een lange wandeltocht maken, vaak naar Santiago de Compostela. Zij hebben zichzelf jarenlang ‘voorbij geleefd’ en worden onderweg geconfronteerd met kanten van zichzelf die ze niet kenden, waardoor hun leven rigoureus verandert. Ik wist al dat dat bij mij niet ging gebeuren, daarvoor ken ik mezelf te goed. Ik ben wel absoluut tot rust gekomen en voelde me mentaal sterker. Hoewel ik ook moet zeggen dat het effect niet heel lang geduurd heeft, ik had gehoopt dat het langer aan zou houden. Wat ik wel heb ontdekt is dat ik enorm goed alleen kan zijn en dat ik ook goed met tegenslagen om kan gaan.”
Swalmen - Montfort
“Je ziet echt het maximum aan mooie landschappen, het is een prachtige route. Iedere dag heb ik in mijn dagboekje een kleine beoordeling met een cijfer voor de etappe geschreven en het was bijna altijd wel een 8 of hoger. De mooiste stukken vond ik van Millingen naar Goesbeek en van Goesbeek naar Gennep, er is daar zoveel afwisseling. Ik had er vooraf niet over nagedacht maar het was een gouden greep om de route in de herfst te lopen, anders kan je op het laatst geen groen meer zien. Je loopt zoveel door de natuur en nu had ik allemaal mooie herfstkleuren.”
“Er zaten natuurlijk ook minder mooie stukken bij. Soms liep ik op een dag wel heel veel over asfalt of hoorde ik langdurig auto’s, dat is altijd jammer. Van een vriendin had ik van die wandelstokken meegekregen en die kwamen soms goed van pas. Op hele saaie stukken, zoals de beroemde Drentse productiebossen, kon ik met die stok even in de turbostand en dat was soms heel fijn. Maar als ik het mooi vond, dan wilde ik ook gewoon niet te hard.”
“Ik had echt het minimum mee, in totaal zo’n 10 kilo. In mijn rugtas zat anderhalf setje kleren, een extra paar schoenen voor na het lopen en een goed regenpak, dat ik maar 3 keer nodig heb gehad. Daarnaast had ik een e-reader bij me en ik droeg aan beide kanten een fles water. Buiten de gebruikelijke toiletspullen en een voorraadje pleisters had ik Second Skin bij me tegen de blaren en een zalfje tegen eelt. Ook heel handig om mee te nemen is een tekentang. Ik heb hem gelukkig niet nodig gehad maar het is wel een aanrader om bij je te hebben als je door al die natuur loopt. Op een gegeven moment heb ik ook nog iets naar huis gestuurd, het eerste deel van het boekje over het Pieterpad. Het is ongelofelijk, maar je hebt zo weinig bij je dat zoiets dan gewoon zwaar is.”
“Een telefoon had ik wel bij me, maar ik had thuis afgesproken dat ik in principe niet gebeld zou worden, alleen als het echt nodig was. Omdat ik fotograaf ben was het heel verleidelijk om ook een grote fotocamera mee te nemen. Ik heb daar goed over nagedacht en als ik dat ding bij me heb, dan ben ik fotograaf en gaat dat zo de hoofdrol spelen. Dat was juist niet het doel van mijn reis, dus heb ik hem niet meegenomen. Mijn man heeft een foto van me gemaakt toen hij me afzette op het station en toen hij me bij het eindpunt ophaalde. Verder heb ik onderweg alleen met mijn telefoon een paar foto’s geschoten als herinnering.”
“In principe was dit iets eenmaligs, maar ik kan me voorstellen dat het op een gegeven moment toch weer gaan kriebelen. Het mooie aan zo’n lange wandeltocht is dat je alles heel bewust meemaakt. Het is zo totaal anders dan al het andere wat ik ooit heb gedaan.”
Geen reacties gevonden.